web analytics

Verhaal

Kort verhaal: De sleutel

HOOFDSTUK 1

“Het is vreemd om alleen met jou door dit huis te lopen”, zegt Jonathan zachtjes tegen zijn zus. Het lijkt ongepast om hard te praten en Jolanda voelt dat ook. Ze fluistert iets terug, maar haar stem sterft weg in het geluid van hun voetstappen op de oude houten vloer. Oma heeft hier meer dan tachtig jaar gewoond. Ze is er geboren, opgegroeid en uiteindelijk overleden. Het huis is al sinds 1864 in bezit van de familie en ook hun moeder is hier geboren. Als kind hebben ze ontelbaar veel nachten op zolder geslapen. Het was altijd een feest. Alles mocht en vooral de enorme tuin met de grote eikenboom was geweldig om in te spelen. Oma was een sterke vrouw die veel had meegemaakt in haar leven. Nadat opa op een dag met de noorderzon was vertrokken, droeg ze altijd zwarte kleding. Alsof ze alleen op die manier haar verlies kon dragen. Ondanks dat was ze altijd vrolijk. Jonathan en Jolanda waren gek op haar.

MAGNEET

De laatste maanden ging ze echter hard achteruit. Ze was gevallen in de keuken en moest twee dagen in het ziekenhuis blijven. Eigenlijk langer, maar ze wilde absoluut naar huis. Op de één of andere manier kon ze niet lang wegblijven. Ze ging nooit op vakantie en bleef niet langer dan een nacht weg als ze op visite ging bij een van haar oudste vriendinnen in Zeeland. Ze was verknocht aan haar woning dat als een magneet aan haar trok.

KERSTBOOM

Ze overleed heel plotseling, gewoon in haar bed. Volgens de dokter is haar hart er mee gestopt. Waarschijnlijk heeft ze er niets van gemerkt. Nog dezelfde dag werd ze gevonden door hun moeder, die iedere dinsdag boodschappen kwam brengen. Ondanks haar leeftijd had iedereen altijd het idee dat oma iedereen zou overleven. Ze was het middelpunt van de familie. Kerst werd ieder jaar bij haar gevierd en ze had dan de grootste en mooiste kerstboom die je maar kon bedenken. De huiskamer lag vol met cadeautjes.

ADRESBOEKJE

Jonathan trekt in de keuken de deurtjes van kasten open die vol liggen met levensmiddelen. Ondertussen is Jolanda naar de woonkamer gelopen en schiet vol als ze de leesbril van oma ziet liggen op het boek dat ze in haar stoel bij het raam aan het lezen was. Van hun moeder hebben ze de sleutel gekregen van het huis. Ze zijn op zoek naar het adresboekje van oma voor het geval er kaarten verzonden moeten worden naar mensen waarvan ze het bestaan mogelijk niet weten.

HOOFDSTUK 2

“Heb je iets gevonden?”, vraagt Jonathan. Zijn zus schudt haar hoofd. “Het huis is groot en oma bewaarde van alles.” Ze beseffen dat het een enorme klus gaat worden. “Als jij beneden blijft, dan ga ik naar de tweede verdieping.” Jonathan knikt. Hij loopt naar de wandkast in de huiskamer en gaat met zijn vinger langs alle boeken. Het zijn voornamelijk romans en de meeste gaan over de oorlog. Hij trekt er af en toe een paar uit om doorheen te bladeren en om te zien of er misschien iets achter de boeken ligt. “Zal ze al die boeken gelezen hebben?”

TROUWFOTO

Ze was altijd aan het lezen, dus het zal haast wel. Op een paar planken staan een aantal fotolijstjes.  Een trouwfoto van zijn ouders, foto’s van Jolanda en hem maar ook van mensen die hij niet kent. Schimmen uit het verleden. Op één foto staat oma met zijn moeder als tiener. Tot zijn verbazing staat ook zijn opa op de foto. Dat was hem nooit eerder opgevallen. Er werd bijna nooit over hem gesproken nadat hij een paar keer was vreemdgegaan en oma uiteindelijk had verlaten.

BUREAU

In de hoek van de kamer staat een oud bureau, een antiek familiestuk en meer dan honderd jaar oud. Hij gaat op de stoel zitten en kijkt wat er allemaal ligt. Op het groene vloeiblad staat een bakje met twee mooie vulpennen. Oma schreef altijd met een vulpen die ze vulde vanuit een flesje inkt, koningsblauw. Ze hield niet van inktpatronen of balpennen. Naast de vulpennen ligt ook een metalen puntenslijper, een doosje met nietjes en een kleine potloodgum. Ook op het bureau staan verschillende fotolijstjes. Als kind zat hij hier vaak en bekeek al die foto’s. Oma kon er geweldige verhalen over vertellen. Over haar ouders, grootouders en inmiddels overleden broer en zus.

LADEKASTJE

Aan de rechterkant van het bureau staat een ladekastje. Ondanks het slotje bovenaan zijn alle laden gewoon open. Er zit niets schokkends in. Een nietmachine, het flesje inkt, een metaal blikje met rumbonen en een doosje met tissues.

HOOFDSTUK 3

Jolanda voelt zich niet op haar gemak in de slaapkamer van oma. De plek waar ze is overleden. Ze mochten hier vroeger niet komen en nu voelt het dan ook een beetje alsof oma boos op haar neerkijkt. Niet dat ze haar ooit boos heeft gezien. Het was een schat van een mens en nog altijd moeilijk te bevatten dat ze er niet meer is. Op het nachtkastje liggen maar liefst vier boeken waar allemaal briefjes uitsteken. In een klein schrijfblok staan allemaal korte notities van zaken die ze niet moest vergeten en waaraan ze blijkbaar dacht als ze in bed lag. ‘Buitenlamp vervangen’, ‘lekkage in schuur’ en ‘abonnement Volkskrant verlengen’.  Veel notities waren zo te lezen al van langer dan een jaar geleden.

VOLKSKRANT

Die laatste opmerking begrijpt ze niet helemaal. Oma las altijd De Trouw en nooit een andere krant. Waarom zou ze dan een abonnement op De Volkskrant hebben? Dat moest ze maar eens aan haar moeder vragen. Ze doet het deurtje van het nachtkastje open en daar ligt op het bovenste plankje het adresboekje van oma. Een beetje vreemde plek, maar voor haar misschien wel heel logisch. Ze steekt het kleine boekje in de achterzak van haar spijkerbroek. Op de onderste plank ligt niets.
Of toch?

SLEUTEL

Ze ziet een dun touwtje en als ze eraan trekt komt er een sleutel tevoorschijn. Een stevige, zware sleutel. Niet van de voordeur, dat ziet ze direct. De schuur naast het huis gaat ook met de huissleutel open. Het touwtje blijkt een sleutelkoord te zijn en Jolanda hangt die om haar nek. “Straks met Jonathan maar eens kijken waar die voor is”, zegt ze zachtjes tegen zichzelf.

SCHILDERIJ

Aan de muur boven het bed hangt een prachtig schilderij van het huis van oma. Waarschijnlijk erg oud, want het staat nog op een enorme lap grond zonder andere bebouwing in het zicht. Zelf kent ze het huis alleen zoals het de laatste twintig jaar is. Blijkbaar heeft de familie van oma in het verleden veel van de grond verkocht. Oud geld, zo noemde haar ouders het wel eens. Financieel kwam oma nooit iets tekort en ook haar ouders hadden niets te klagen.

ERFENIS

Jolanda had nog niet nagedacht over een eventuele erfenis. Of wat er met het huis gaat gebeuren. Ze heeft geen idee hoe rijk oma eigenlijk was. Het is ook niet belangrijk, want al het geld van de wereld brengt oma niet terug.

HOOFDSTUK 4

Jonathan staat bovenaan de trap naar de kelder als zijn zus vanuit de eerste verdieping naar beneden komt. Als kind mochten ze nooit naar beneden. De trap was gevaarlijk en volgens oma lag er alleen maar oude rotzooi. Er liepen waarschijnlijk ook muizen en ander ongedierte. Jolanda laat haar broer de sleutel zien die ze boven heeft gevonden. “Ik heb nergens een deur gezien die je met een sleutel moet openen”, zegt hij. “Laten we maar eens beneden kijken. Misschien is het van een antieke kast of iets dergelijks.”

SCHIMMEL

Hij drukt op de lichtknop en samen gaan ze de treden af naar beneden. Het ruikt er muf en vies. Oud zweet of misschien wel schimmel. Tevens is het er ontzettend koud. Uit de verste hoek komt een brommend geluid. De kelder is groot, maar van veel rotzooi is geen sprake. Er staat een oud en versleten bankstel en een nog oudere eiken tafel. Jolanda wijst naar de enorme airco die voor de koude lucht zorgt. Dan zien ze een grote afgesloten ruimte onder de trap.
“Is het een kluis?”, vraagt Jolanda aan haar broer.

HANGSLOT

“Nou, dan is het wel een hele grote”, zegt hij. Als ze er naartoe lopen zien ze dat deur is afgesloten met een enorm hangslot. Boven in de ruimte zitten kleine gaten.
“Mag ik die sleutel even?”, vraagt Jonathan.
Aarzelend steekt hij de sleutel in het hangslot. Het piept en kraakt aan alle kanten maar de sleutel past wel degelijk en met een harde en droge klik schiet het slot open.

LAMPJE

Langzaam doet hij de deur open en staart vervolgens in de duisternis. Voor zijn neus bungelt een touwtje. Hij pakt het vast en trekt het iets naar beneden. Meteen schiet er een lampje aan.

GILLEN

Jolanda begint hard te gillen en rent huilend richting de trap.
“Wat doe jij nou?”, vraagt Jonathan vol verbazing. Dan kijkt hij ook in de ruimte. Achterin, op een oud bed ligt een uitgemergeld lichaam. Gemummificeerd. Bijna doorzichtig. Onder het bed liggen honderden kranten.

“Opa?”


Met dit verhaal won ik deze maand de eerste prijs van een door Pro Publishing uitgeschreven schrijfwedstrijd. De opdracht was: schrijf een verhaal van maximaal 1.500 woorden over een sleutel.

Kort verhaal: De sleutel Meer lezen »

Kort verhaal: Blues

Met gebogen hoofd loop ik door de donkere straten, op weg van de bushalte naar mijn eigen woning. Het is waterkoud en ik heb mijn handen diep in mijn jaszakken gestoken. Mijn oren voelen bevroren en mijn humeur is nog een stuk verder beneden het vriespunt. Als ik de laatste bocht neem, zie ik mijn huis aan het eind van de straat. Alle lichten zijn uit. Er is niemand meer die thuis op mij wacht. Met een zucht steek ik even later de sleutel in het slot en stap de ijskoude woning binnen. Samen met haar is ook alle warmte verdwenen. Met mijn jas nog aan ga ik de huiskamer binnen, druk op de lichtknop en zet de thermostaat op 19 graden.

GLIMLACH

Er staat voor het eerst in twintig jaar geen kerstboom. In de kleine woonkamer was het altijd een sta in de weg, maar nu lijkt het vooral een gapend gat. Normaal gaf ik er nooit zoveel om, maar zij vond het geweldig. De gezelligheid. Cadeautjes op de grond en dan drie dagen voor kerst al beginnen met uitpakken. Omdat ze zich niet langer kon bedwingen. Zonder dat ik het merk heb ik een glimlach op mijn gezicht.

GORDIJNEN

Alles in de woning doet mij aan haar denken. De vloer die wij samen hebben uitgezocht, de gordijnen die ze zelf heeft gemaakt. De televisie waar wij zo lang voor hebben moeten sparen. In de keuken pak ik een kant-en-klaar maaltijd uit de koelkast en zet de magnetron op vier minuten. Koken deed zij altijd, zelf kom ik niet verder dan een gebakken ei of een hamburger. Het is alweer een week geleden dat ik een echte maaltijd heb gegeten, maar ik geef er niets om. Zonder haar smaakt alles hetzelfde.

AFSTANDSBEDIENING

Met de afstandsbediening zet ik de radio aan om de stilte in de woning te verdrijven. Sky Radio. Ik kan thuis geen stemmen van pratende en lachende mensen verdragen. Mijn jas gooi ik op de bank en ik plof neer op haar stoel. Haar geur is al verdwenen. Toch voelt het alsof ze dichtbij is. Vanuit de keuken hoor ik de piep die aangeeft dat mijn eten warm moet zijn.

GARY MOORE

Als ik wil opstaan hoor ik plotseling Gary Moore het prachtige “Still Got The Blues” spelen. Ik grijp automatisch naar mijn telefoon. Half in die beweging besef ik dat het niet de ringtone is die ik heb ingesteld voor als zij mij belt. Dat zal nooit meer gebeuren. Het is de radio die mij even in verwarring brengt.

‘Used to be so easy to give my heart away
But I found out the hard way, there’s a price you have to pay
I found out that love was no friend of mine
I should have known time after time
So long, it was so long ago
But I’ve still got the blues for you.’

TRAAN

Er rolt een traan over mijn wang. Het was ons liedje. Het verveelde nooit. Ondanks dat het nu als een mes door mijn ziel lijkt te snijden, luister ik er ademloos naar. De beelden van haar schieten door mijn hoofd. Er zitten zoveel herinneringen in twintig jaar. Als het nummer overgaat in ‘Radar Love’ van Golden Earring, loop ik naar de magnetron en zet de bak met bami op de grenen eettafel. Die hebben wij ooit gekregen van haar moeder, toen die nog leefde. Ik pak een vork en mes en begin langzaam te eten.

PROJECT

Vanuit de eettafel kijk ik rechtstreeks in de donkere achtertuin. Een eeuwigdurend project van haar. Ieder jaar kocht ze nieuwe bloembollen en zaadjes van de meest exotische planten en bloemen. Een wilde tuin, dat was haar grote passie. Goed voor de bijen, perfect voor egels, vogels en noem maar op. Een feest voor je ogen, zo mooi waren al die kleuren die van de lente tot het begin van de herfst overal te zien waren. Nu is het een dorre vlakte. Sinds ze weg is heb ik er nauwelijks nog naar gekeken. Waarom zou ik? Er is niemand meer die ervan kan genieten.

EMOTIES

Met een zucht schuif ik het eten van mij af. Door het nummer van Gary Moore heb ik geen trek meer. Te veel emoties. Al het eten verdwijnt in de vuilnisbak. Achter in de tuin zie ik de metalen schep in de grote hoop van vers aangestampte aarde. Er rolt weer een traan over mijn wangen.

“HEB JE NOU JE ZIN?”, schreeuw ik haar kant op.

Kort verhaal: Blues Meer lezen »

Kort verhaal: De Bus

EEN

De jonge vrouw loopt vanaf het treinstation naar de bushalte voor het laatste stukje van haar reis. Toen de trein met een kleine vertraging richting het station reed, zag ze haar bus in de verte al vertrekken. Jammer. Nu is ze nóg later thuis. Het is bijna kwart over elf in de avond. Ze voelt dat het zachtjes begint te regenen. De bushalte is verlaten en ze zet haar tas op het bankje terwijl ze zelf blijft staan. Op het bord staat dat de volgende bus over tien minuten komt. Als ze even later geschreeuw hoort, kijkt ze achter zich en ziet een groepje van vier jongens. Ze hebben zo te zien redelijk wat plezier en mogelijk ook een slokje gedronken. Ze pakt het hengsel van haar tas beet en zoekt met haar andere hand naar haar sleutelbos die ze in haar jaszak heeft zitten.

LEKKERRR…

De jongens komen haar kant op en willen waarschijnlijk ook met de bus. Ze praten zó hard tegen elkaar dat ze zich even afvraagt of ze misschien doof zijn. Zachtjes kan ze erom grinniken. Het groepje heeft de bushalte bereikt en gaat onder het luifeltje staan om de regendruppels te ontwijken. “Lekkerrrr”, roept een van de jongens als hij haar ziet staan. De andere moeten er hard om lachen. Ze doet alsof ze het niet heeft gehoord en hoopt ondertussen dat er nog meer mensen naar de bushalte komen. Of dat de buschauffeur er eerder is dan het bord bij de halte doet vermoeden.

ACHTELOOS

Eén van de jongens gaat op het bankje zitten, vlak naast haar tas.  Hij lijkt de leider van het groepje en heeft in ieder geval het hoogste woord. Terwijl de andere jongens haar aankijken en nog steeds de grootste lol hebben, prikt hij met zijn vinger in de zijkant van haar tas. “Wat heb je daar allemaal inzitten?”, vraagt hij achteloos. Ze kijkt de andere kant op alsof ze hem niet heeft gehoord. Alsof ze heel ergens anders is. Het laatste wat ze wil is een gesprek met die jongens.

GEZICHTSVERLIES

Het groepje komt wat dichter bij haar staan en de jongen naast haar neemt geen genoegen met het feit dat ze hem lijkt te negeren. “Ik stelde je een vraag en het is onbeleefd om niet te antwoorden”, zegt hij nu plagerig tegen haar. Hij geeft een korte ruk aan het hengsel van haar tas, maar ze heeft hem stevig vast. “Wat zit er in je tas?”, vraagt hij nu een stuk dringender. Blijkbaar is hij bang voor gezichtsverlies richting zijn vrienden.

BITCH

Ze kijkt hem nu voor het eerst aan. Haar ogen prikken ijskoud naar die van hem, waardoor hij zich plotseling wat minder zeker van zichzelf begint te voelen. De aanwezigheid van zijn vrienden zorgt ervoor dat hij zich niet laat kennen. “Moet ik zelf even kijken, bitch?”  Voor de tweede keer geeft hij een ruk aan het hengsel, maar het lukt hem nog steeds niet om het uit haar hand te trekken.

LACHEN

“Mijn pistool en twee scherpe messen”, zegt ze opeens.

Het groepje begint als op afspraak hard te lachen. De jongen naast haar kijkt opgelucht. Hij heeft weliswaar een stom antwoord gekregen, maar ze heeft in ieder geval gedaan wat hij vroeg. Ondertussen begint het harder te regenen.

TWEE

“Ik denk eerder je mobieltje en je bankpasjes”, gaat hij verder. Overmoedig door de aanmoedigingen van zijn vrienden. “Misschien nog wat make-up, zakdoekjes en weet ik veel wat vrouwen nog meer met zich meeslepen.”

GEL

Ze kijkt hem nu wat beter aan. Ze schat hem op een jaar of achttien, een dun snorretje en behoorlijk wat gel in zijn haar. Overal op zijn gezicht zitten kleine puistjes. De andere jongens zijn mogelijk iets jonger en beperken hun rol tot stom gelach. De kleinste van de vier lijkt zich iets te generen. Misschien heeft hij een zusje en kan hij zich beter in de voor haar ongemakkelijke situatie verplaatsen. Tijd om daarover na te denken krijgt ze echter niet.

ALCOHOL

De jongen naast haar komt overeind van het bankje en gaat pal voor haar staan. Hij is iets groter dan zij. Hij buigt zijn hoofd naar voren. “Een klein kusje kan toch geen kwaad?” Ze ruikt dat hij alcohol heeft gedronken. Meer dan een beetje. Ze overweegt hem een knietje te geven. Zoals hij daar staat is het een kleine moeite. Hij vraagt er bijna om. Zijn vrienden maken kusgeluiden en hij heeft zijn gezicht nu bijna tegen dat van haar gedrukt.

In haar ooghoeken ziet ze haar redding dichterbij komen.

DAAN

“De bus komt eraan, Daan”, zegt één van de jongens. Daan kijkt naar rechts en doet een stap naar achteren. De vrouw loopt meteen om hem heen en zorgt ervoor dat er een paar meter ruimte ontstaat tussen haar en het groepje jongens. Zodra de bus bij de halte is, stapt ze achterin naar binnen en gaat in het midden op een stoeltje zitten. Alleen Daan stapt ook in, de rest van de jongens moeten blijkbaar met een andere bus of misschien wel met de trein.

ROLLATOR

Pas als ze zit ziet de vrouw dat er maar twee andere mensen in de bus zitten. Een jongen van ergens in de twintig met een grote hoofdtelefoon en een te hoog volume van de muziek op zijn telefoon. Zo te zien niet iemand die haar zal helpen als Daan weer lastig gaat worden. Helemaal voorin zit nog een oudere vrouw met een rollator. Net als bij de bushalte staat ze er alleen voor.

ZELFVERTROUWEN

Daan heeft inmiddels plaatsgenomen op het bankje naast haar. Ze zijn alleen door het gangpad van elkaar gescheiden. Hij zit met zijn rug richting de chauffeur zodat hij haar makkelijk kan aankijken. Op zijn mond zit een grote grijns. Zonder zijn vrienden is hij zijn opnieuw ontdekte zelfvertrouwen niet verloren. “Waar ga je de bus straks uit?”, vraagt hij haar. “Dan loop ik even met je mee.” Ze kijkt hem niet aan, maar draait haar hoofd de andere kant op. In de reflectie van het raam kan ze hem echter nog wel zien. Ze hoort hem zachtjes lachen.

GEDULD

“Ik vroeg je iets, kanker teef”, sist hij haar nu toe. Alsof hij zijn geduld verliest bij een klein kind. Omdat ze hem negeert denkt Daan mogelijk dat ze bang voor hem is. Iets waarvan hij duidelijk geniet. Bij de eerstvolgende halte stappen zowel de jongen met de hoofdtelefoon als de vrouw met haar rollator uit. Bij de volgende moet ze er zelf uit, maar ze besluit te blijven zitten tot Daan de bus verlaat. Daarna pakt ze dan wel weer een bus terug. Ze wil niet dat hij haar volgt en komt te weten waar ze woont.

BOERDERIJ

De bus rijdt voorbij nog vier haltes maar niemand stapt er meer in. Ze zijn nu in het buitengebied van de stad en vlak bij de eindhalte. Los van de oude boerderij zijn er verder geen woningen. Het lijkt er niet op dat Daan ergens gaat uitstappen. Het regent inmiddels behoorlijk en volgens het informatiescherm van de bus is het bijna middernacht. De bus stopt even bij een rood stoplicht maar in de verte is de laatste halte al te zien.

Daan komt van zijn plek als de bus weer gaat rijden.

DRIE

Hij staat in het gangpad van de bus en kijkt op haar neer. Met zijn rechterhand grijpt hij vol in zijn kruis. “Als we straks samen uitstappen zal ik je een lesje leren”, zegt hij met een slepende stem. Het klinkt als een zin die hij heeft afgekeken van een oude gangsterfilm. “Je komt er niet zo makkelijk vanaf, vuil pleuris wijf. Je hebt je kans gehad om normaal te reageren in plaats van dat arrogante gedoe van je.”

GLIMLACH

De bus is inmiddels gestopt en de vrouw kijkt langs Daan heen naar de plek van de chauffeur. Op haar gezicht verschijnt een kleine glimlach.

“Wat zit je nou te lachen, stomme hoer?”

NEK

Op hetzelfde moment krijgt hij een met een honkbalknuppel een enorme klap in zijn nek. Als een zak zand stort hij in elkaar.

“Hoi Pap, ik wist niet dat je avonddienst had?”

VARKENS

De chauffeur stapt over Daan heen en geeft zijn dochter een kus op haar voorhoofd.

“Kom”, zegt hij vrolijk, terwijl hij Daan optilt. “We gaan samen de varkens nog even eten geven.”

Kort verhaal: De Bus Meer lezen »

Kort verhaal – De draaikolk

EEN

Harry had er wel eens van gehoord. Heel lang geleden. Hij weet niet meer precies wanneer maar het kwam van zijn vader. Hoewel die maar kort in zijn leven was. Het leek hem een verhaaltje dat speciaal was verzonnen om hem bang te maken. In het gareel te houden. Zoals vaders dat wel eens doen. Als onderdeel van de opvoeding. Omdat de vader van zijn vader dat ook bij hem heeft gedaan. Toen Harry een stuk jonger was geloofde hij het voor de volle 100%. Later werd dat minder en inmiddels weet hij eigenlijk wel zeker dat het een fabeltje is. Als hij ooit zelf vader mocht worden dan is het voor hem uitgesloten dat hij het verhaal gaat doorgeven aan zijn kleintjes. Hij vindt het altijd belangrijk om eerlijk te zijn.

TWIJFEL

Toch begint hij nu een klein beetje te twijfelen. Hij zat midden in een langdurig onderzoek in een poging zijn woonomgeving zo veilig mogelijk te houden. Niets kon aan zijn aandacht ontsnappen. Daar was hij trots op. Zijn concentratie. Onvermoeibaar kon hij uren doorwerken. Er was niets mooiers in het leven. Niets wat hem meer voldoening gaf.

LOCATIE

Vanuit het niets werd hij overgeplaatst naar een andere locatie. Volledig nieuw voor hem. Niets was meer hetzelfde. Hij had grote moeite om zich aan te passen en wilde het liefst weer terug. Hij wist alleen niet hoe hij dat voor elkaar moest krijgen. Hij zag nog wel een paar van de vertrouwde gezichten maar toch was het niet meer zoals het vroeger was.

PASSIE

Hij begon zich niet lekker voelen. Minder zin om zijn werk te doen. Wie had dat ooit kunnen bedenken? Als iemand boordevol passie zat dan was hij het wel. Nu bleef hij voornamelijk in zijn kleine woning en keek de hele dag uit het raam naar buiten. Wouter zag hij de laatste weken ook nooit meer. Geen idee waarom. Er was niemand aan wie hij het kon vragen.

DRAAIKOLK

Hij viel langzaam maar zeker in slaap. Moe van het nietsdoen.

Plotseling, vanuit het niets zat hij gevangen in een woeste draaikolk. Woest ging hij heen en weer waarbij het water op hem neer beukte. “Droom ik nu?”, vroeg hij zich wanhopig af?

“Ik wil wakker worden!”

TWEE

Wouter is drie weken op vakantie geweest. Heerlijk naar het buitenland. Samen met zijn vriendin en haar ouders. Het was de beste vakantie ooit. Hij gooit zijn koffer op zijn bed en begint uit te pakken. Cadeautjes voor zijn ouders en zelfs iets voor zijn jongere zus. Kleinigheden. Toeristische rommel, maar ook wel weer leuk. Op zijn telefoon staan werkelijk honderden foto’s.

VERANDERING

Hij kijkt rond in zijn kamer en ziet dat er iets is veranderd. “Hoe kan dat nou weer? Ik kan er toch moeilijk overheen kijken.”

Met een diepe zucht loopt hij naar de trap.

“Mam”, roept hij zo hard hij kan naar beneden. “Waar is mijn goudvis?”

Kort verhaal – De draaikolk Meer lezen »

Kort verhaal: Oudejaarsavond

EEN

“Mag ik al een paar sterretjes opsteken, papa?”

De zevenjarige Tim kijkt zijn vader verwachtingsvol aan.

“Alsjeblieft?”

KERSTVAKANTIE

Met zijn mooie bruine ogen krijgt hij meestal alles voor elkaar. Zijn vader begint al te lachen. “Nou, een paar dan”, zegt hij tegen zijn zoon. Die rent meteen juichend naar de gang om zijn jas van de kapstok te pakken.  Buiten is het al donker. Het waait een beetje maar gelukkig is het droog en niet zo heel erg koud. Tim mag van zijn ouders vanavond net zolang opblijven als hij wil. Tot hij in slaap valt. Het is kerstvakantie en een bijzondere dag. Ze hebben hem beloofd dat ze hem om middernacht wakker maken, mocht hij het niet redden. Hij is echter vastbesloten om het de hele avond vol te houden. Hij is tenslotte geen baby meer.

VUURKORF

“Waarom steek je de vuurkorf buiten niet aan”, zegt Jacqueline tegen haar man. “Dat is gezellig en het geeft ook wat extra warmte voor Tim. “Ja, het vuur!”, reageert de jongen meteen. “Dan kan ik de sterretjes zelf aansteken.” Rob knikt naar zijn vrouw, doet de tuindeur open en loopt naar de schuur om houtblokjes te halen. Tim heeft het zijn vader vaak genoeg zien doen en pakt uit de keuken een paar papiertjes waarmee ze alles in brand kunnen steken.

TERRASJE

De vuurkorf zelf staat op het kleine maar gezellige terrasje achter in de tuin. De stoelen en tafel staan al in de schuur. Net als de nieuwe parasol, die ze aan het begin van de lente hebben gekocht. Vanaf oktober zit er toch niemand meer in de tuin. Met zijn handen vol hout loopt Rob naar de korf en gaat weer naar binnen om lucifers te halen. Tim heeft de papiertjes al in stukken gescheurd en tussen de blokken gepropt.

STERRETJES

Een paar minuten later likken de vlammen aan het hout en voelen vader en zoon direct de hitte van het vuur. Jacqueline komt ook naar buiten en heeft een pakje met sterretjes in haar hand. Ze haalt er twee uit en geeft die aan haar zoontje die ze meteen in het vuur steekt en daarna met beide armen enthousiast in het rond begint te zwaaien. Beide ouders kijken met een glimlach toe en Ron slaat een arm om zijn vrouw heen. De laatste dag van het jaar en allebei verheugen ze zich op de dingen die gaan komen.

FEEST

Tim rent gillend van de pret door de tuin en laat een spoor van sprankelende vonkjes achter zich. Buiten adem komt hij weer naar de vuurkorf als de stokjes in zijn handen bijna zijn gedoofd. Zijn moeder geeft hem er nog twee en het hele feest begint weer opnieuw. Hij kan er geen genoeg van krijgen. “Kijk, mama. Ik heb vuurwerk”, schreeuwt hij uit. Ergens in de verte gaan een paar vuurpijlen de lucht in, maar Tim heeft er nu geen aandacht voor.

TWEE

Rob en Jacqueline zitten samen op de bank naar de televisie te kijken. Normaal is er op oudejaarsavond niet zo heel veel om naar te kijken, maar nu is er een concert van Queen met Adam Lambert als nieuwe zanger. Nadat de legendarische groep het overlijden van Freddy Mercury heeft proberen op te vangen met George Michael en daarna koos voor rockzanger Paul Rodgers, heeft de band onlangs gekozen voor een volstrekte nieuwkomer. Het lijkt echter een schot in de roos en nummers als ‘Killer Queen’, ‘Another One Bites The Dust’, ‘You’re My Best Friend’ en natuurlijk ‘Bohemian Rhapsody’ knallen luid en energiek uit de boxen van de home cinema system waarop Rob zichzelf voor kerst heeft getrakteerd.

SLAAP

Na het kleine feestje met de sterretjes in de tuin heeft Tim zijn best gedaan om als een grote, stoere jongen zijn ogen open te houden, maar zo rond half twaalf ’s avonds begint hij het gevecht tegen de slaap langzaam maar zeker te verliezen. Zijn ouders hebben het wel door, maar weten ook dat het geen zin meer heeft om hem nu nog naar bed te brengen. Het vuurwerk zit er aan te komen en dat zal straks de vermoeidheid volledig verdrijven.

CHAMPAGNE

Queen begint aan de toegift met het heerlijke en opzwepende ‘We Will Rock You’ waarna ze het concert besluiten met ‘Who Wants To Live Forever’. Jacqueline staat op en loopt naar de keuken om de champagne te pakken en voor Tim een groot glas met limonade. Normaal drinken ze niet of nauwelijks alcohol, maar met oud en nieuw is het een traditie. Ondertussen schudt Rob zijn zoontje voorzichtig wakker en geeft de klok aan dat het grote moment bijna zover is. Buiten kunnen een paar mensen blijkbaar niet meer wachten en knalt er al voor een klein vermogen aan vuurwerk de lucht in.

KLOK

“Vuurwerk!”, zegt Tim meteen. De slaap is vrijwel direct verdwenen. Hij rent naar het raam en kijkt naar buiten. Er is niet zo heel veel te zien. De knallen komen van achter de huizen aan de overkant van de straat. Hij kijkt naar de televisie en ziet de klok groot in beeld komen. “Nog vijf minuten”, zegt zijn vader. “Dan begint het nieuwe jaar. Heb je er zin in?” Tim haalt zijn schouders op. Het gaat hem vooral om het lang opblijven. Om het vuurwerk. De harde knallen en alle mooie kleuren die straks overal te zien zijn.

OLIEBOLLEN

Behalve champagne en limonade staan er ook oliebollen op tafel. In de keuken staat Jacqueline blokjes kaas en stukjes worst te snijden, terwijl Rob pinda’s en chips in bakjes doet. Ze kijken elkaar in de keuken verliefd aan. Het is voor het eerst dat Tim de hele avond is opgebleven. Als ze weer de huiskamer inlopen, staat hun zoon bijna met zijn neus tegen het raam gedrukt.

“Nog twee minuten”, hoort hij zijn vader zeggen.

DRIE

Om klokslag twaalf uur ontploft de nacht als iedereen in de buurt het vuurwerk gelijktijdig lijkt af te steken. Harde knallen, gillende vuurpijlen en prachtig siervuurwerk verlicht de straat. Jacqueline en Rob geven elkaar een lange kus en een innige omhelzing. Ze willen ook Tim daarbij betrekken, maar hun zoon wil niets missen van het indrukwekkende lawaai dat buiten te horen is. Met moeite weet Jacqueline hem een kus op zijn hoofd te drukken, maar hij rent alweer naar de tuindeur in de hoop dat hij alles daar nóg beter kan zien.

“Laat hem maar even”, hoort hij zijn moeder zeggen.

KLEUREN

Terwijl zijn ouders van hun glas champagne genieten, vergeet Tim alles om hem heen. Het is prachtig. De ene vuurpijl maakt nog mooiere patronen dan de vorige. Werkelijk alle kleuren komen voorbij en het lijkt wel sterretjes te regenen. Het liefst wil hij naar buiten, maar zijn moeder heeft hem duidelijk verteld dat hij daar nog te jong voor is. Hij zal binnen moeten blijven en het van een veilige afstand allemaal bekijken. Als hij aan de andere kant van het huis een enorm geknal hoort, rent hij weer naar de huiskamer en kijkt hij daar weer zijn ogen uit.

OPWINDING

Ook zijn ouders staan nu voor het raam te kijken en willen niets van het feestelijke spektakel missen. Pas na een uur ontdekt Tim zijn limonade en de chips en gaat hij bij de tafel zitten. Het meeste vuurwerk is nu wel geweest, hoewel er nog wel steeds harde knallen te horen zijn. Hij drinkt zijn glas leeg en duwt snel wat chips in zijn mond. Normaal mag hij ’s avonds nooit meer iets snoepen, maar nu lijkt alles te zijn toegestaan. Met rode wangen van opwinding zit hij op zijn knieën.

LAADJES

Rob kijkt op zijn horloge en bedenkt dat er nog meer is om zich op te verheugen. Snel loopt hij naar de keuken en kijkt in het rond. Buiten ziet hij de vuurkorf nog nagloeien. “Waar zijn die krengen gebleven”, mompelt hij in zichzelf. Hij trekt links en rechts wat laadjes open, maar kan niet vinden wat hij zoekt.

KEUKENTAFEL

“Schat?”, roept hij richting zijn vrouw.

“Op de keukentafel lag toch dat straatje oudejaarsloten?”

Kort verhaal: Oudejaarsavond Meer lezen »

Kort verhaal – De kerstboom

HOOFDSTUK EEN

Hij zit stil en onopvallend op een bankje in het drukke winkelcentrum. Hij bekijkt de mensen die langs de etalages lopen en soms luidruchtig met elkaar praten. Zelf heeft hij nauwelijks aandacht voor de gezelligheid van kerst. De speciale verlichting, de twee muzikanten die hun best doen om nog meer sfeer te brengen en de mooi versierde kerstbomen die naast de deur van veel winkels staan. Als wachters voor een koninklijk paleis.

ACHTERGRONDMUZIEK

Twee jonge kinderen rennen achter hun ouders aan nadat ze wat langer bij het raam van de speelgoedwinkel zijn blijven staan. Niemand heeft oog voor hem, in zijn zwarte jas en de kleine tas op zijn schoot. Gewoon een wat oudere man die even aan het uitrusten is. Niets om je verder druk over te maken. Achtergrondmuziek. Ruis. Onbelangrijk. Iedereen is vooral met zichzelf bezig. Met hun gezin en eigen hebzucht.

Hij vindt het prima.

WINKELIERS

Het is iets over half negen ’s avonds. Koopavond. De winkels zijn een paar dagen achter elkaar langer open om zoveel mogelijk geld binnen te harken. Kerst is een verdienmodel geworden, net als Black Friday en al die andere dagen die door hebberige winkeliers zijn bedacht en waarbij iedereen op jacht is om zoveel mogelijk spullen te kopen die ze niet nodig hebben.

AIRFRYER

Hij is ook op jacht. Alleen niet naar de producten waar de etalages vol mee staan. Die interesseren hem helemaal niets. Wat moet hij in hemelsnaam met een airfryer?  Of een 48 inch 4K Ultra HD Oled televisie? Bij de winkel recht tegenover hem staat die in de etalage. Voor zevenhonderd euro mag je hem meenemen. Hij heeft het laatste kwartier er al twee mensen mee naar buiten zien lopen. Hij begrijpt niet waarom. Zodat je die stomme programma’s nog scherper kan zien?

HALSBAND

In de verte ziet hij een kalende man met een kleine hond aan de riem. Die woont waarschijnlijk dichtbij en komt niet voor de etalages. Hij wacht geduldig tot de man hem voorbijloopt. Alleen het hondje merkt hem op en probeert om iets van zijn geur op te snuiven. Zijn baasje trekt echter aan de halsband en zegt hardop dat Teddy moet doorlopen.

BUSJE

Op het bankje strekt hij nu zijn benen en hoort zijn rechterknie knakken. Teddy kijkt achterom en ziet de lange man met de zwarte jas hun kant op komen. Zijn baasje slaat rechtsaf om tussen twee winkels door het winkelcentrum weer te verlaten. Daar ligt even verderop een parkje waar de hond zijn behoefte kan doen. De man met de zwarte jas kan een glimlach niet onderdrukken. Laat dat nou net de plek zijn waar hij zijn busje heeft staan.

 

HOOFDSTUK TWEE

Teddy kwispelt met zijn kleine staart als hij uit het bakje met water drinkt. Er staat slechts één lamp in de ruime woonkamer van het afgelegen huis. Op de eenvoudige bank zit de man rustig naar Teddy te kijken. Hij legt zijn voeten op het tafeltje waar hij ’s ochtends en ’s avonds eet.

VERLENGSNOER

Voor nu vindt hij het hondje wel leuk. Al geeft het ook problemen. Wat eet zo’n beestje? Moet hij daarvoor speciaal naar de supermarkt? Hij heeft nog niet besloten of hij Teddy wil houden, dus doet hij voorlopig niets. Water is voor nu wel voldoende. Naast hem op de bank ligt een lang verlengsnoer dat over de houten vloer naar de muur tegenover hem loopt. Met een schroevendraaier is hij bezig een nieuwe stekker te bevestigen. Kerst doet hem helemaal niets, maar dit is traditie.

REFLECTIE

Als hij klaar is staat hij op en loopt met het snoer naar de hoek van de kamer. Hij steekt de stekker in het stopcontact en gaat weer terug naar de bank. Hij ziet in het raam de reflectie van het licht dat nu langzaam gaat branden. Even denkt hij nog licht gekreun te horen, maar hij weet het niet helemaal zeker. Het kan ook het zoemen van de lampjes zijn.

KOFFIE

Hij zou nu ook wel wat willen drinken. Hij is gestopt met bier dus is het tegenwoordig alleen nog maar koffie. Teddy heeft het water op en springt vrolijk naast hem op de bank. Automatisch begint de man hem te aaien en Teddy gromt van plezier.

SLINGERS

Samen kijken ze naar de kerstboom die de hele muur bedekt. De darmen heeft hij uit de buik van de kalende man getrokken en hangen nu als slingers aan de wand. Zijn armen en benen zijn ver uit elkaar en lijken op een grote letter X. Overal zitten kleine, gekleurde lampjes. Redelijk in het midden hangen twee ballen en een verschrompelde piek.

UITLATEN

Hij loopt naar de keuken om koffie te zetten en vraagt zich af of hij dat hondje nog moet uitlaten.

 

Kort verhaal – De kerstboom Meer lezen »

Scroll naar boven