“Hoe kan er nou een achtste deel van De Zeven Zussen bestaan? Het heet toch De Zeven Zussen?” Een onbekende man staat bij de toonbank. Hij draagt een shirt met een tekst in het Fries en is waarschijnlijk een toerist die met zijn boot hier in de Haven ligt.
Dat de serie zo heet wil mijns inziens niet zeggen dat er ook zeven delen moeten zijn. “Wij verkochten vroeger de Drie Musketiers, maar dat bestond uit slechts één boek”, zeg ik tegen hem. “Een titel van een boek of serie zegt niets over het aantal delen.”
VOLDOENDE
Hij knikt aarzelend maar is het er niet helemaal mee eens.
“U vond het na zeven delen wel voldoende?”, vraag ik hem. De man haalt zijn schouders op. “Ik lees die rotzooi niet, het viel mij gewoon op”, zegt hij nu. Hij lijkt de winkel te zijn binnengelopen uit verveling en een discussie over De Zeven Zussen is dan mogelijk een ideale vorm van tijdverdrijf.
ROTZOOI
“Als u het niet gelezen heeft, weet u dus ook niet of het rotzooi is.”
Hij kijkt mij geïntrigeerd aan. “Het kan toch nooit wat zijn? Een tot hype gemaakte serie waar vrouwen massaal zijn ingetrapt? Waarbij dat laatste deel ook nog eens door iemand anders is geschreven!”
Ik zeg dat zoiets met één boek inderdaad zou kunnen, maar met acht delen die alle records hebben gebroken kan je mijns inziens niet meer spreken van een serie waar mensen zijn ingetuind. Dan moeten het wel goede boeken zijn.
BAANTJER
Wat leest u zelf graag, vraag ik hem.
“Oh, van alles. Vooral die boeken van Baantjer. Ik heb altijd voor de politie gewerkt.”
Ik knik alsof ik hem begrijp. “Daar zijn bijna negentig delen van verschenen, toch?”
OVERLEDEN
Hij wil enthousiast knikken maar beseft net op tijd dat negentig veel meer is dan acht. “Ze zijn niet zo dik als die boeken over de zeven zussen”, zegt hij lachend. Dat kan ik alleen maar beamen. “Toch knap dat u er dan toch bent ingetrapt”, zeg ik desondanks. “Komt bij dat Baantjer zelf al bijna vijftien jaar geleden is overleden en ze tegenwoordig door iemand anders worden geschreven.”
Hij lacht nu hardop en zegt dat ik gelijk heb. “Soms ben ik een oude mopperpot, maar jij laat de kaas niet van je brood eten. Heb je een spannend boek voor mij? Niet te veel bloed maar wel eentje waar je een beetje over na moet denken.” Ik kom achter de toonbank vandaan en vraag wat hij behalve Baantjer nog meer graag leest. Hij noemt de namen van David Baldacci en John Grisham. “Daar ben ik alleen een beetje op uitgekeken. Ik zoek eigenlijk iets geheel nieuws, iets wat ik nog niet ken.”
WINDMEIJER
Ik laat hem het nieuwe boek van Jeroen Windmeijer zien. Openbaring. Geschreven met Tjarko Evenboer. Een spannende religieus-historische thriller die vooral de liefhebbers van Dan Brown zal aanspreken. “Kunnen die een beetje schrijven?”, vraagt hij terwijl hij de achterkant van het boek leest. Ik vertel dat Windmeijer redelijk wat succesvolle thrillers heeft geschreven maar dat de combinatie met Evenboer volledig nieuw is.
“Ik denk dat het wel wat meer inhoud heeft dan Baantjer en die boeken over die zussen”, mompelt hij meer voor zichzelf dan tegen mij. Hij moet er even over nadenken, maar ik merk aan alles dat hij het boek wil kopen. “Windmeijer”, hoor ik hem zeggen. “Dat klinkt wel goed.” Hij kijkt mij aan en geeft het boek weer aan mij. “Die wil ik van je kopen”, zegt hij met volle overtuiging. We lopen weer richting de toonbank en nadat ik heb boek heb aangeslagen doe ik het ter bescherming in een papieren zakje.
TRILOGIE
“Ik heb er zin in”, zegt hij na het betalen. “Verwijzingen naar de Bijbel en het geloof zijn best wel interessant.” Het is ook nog eens het eerste deel van wat uiteindelijk een trilogie moet gaan worden, zeg ik tegen hem. Als klap op de vuurpijl vertel ik hem dat het is verschenen bij dezelfde uitgever als de Zeven Zussen.
Even kijkt hij mij onderzoekend aan, op zoek naar enige ironie.
KNIPOOG
“Dat is mooi”, zegt hij tenslotte en geeft mij een knipoog. “Dan moet het dus wel goed zijn.”