Terwijl ik op een woensdagmiddag achter in de winkel een kast met jeugdboeken sta op te ruimen komen een moeder en haar dochter naar mij toegelopen. Het meisje is acht of negen jaar en krijgt letterlijk een duwtje in haar rug. “Vraag het maar.” Ze kijkt uitgebreid naar haar schoenen en ik schiet te hulp door te vragen of ik kan helpen. Met prachtige blauwe ogen kijkt ze mij verlegen aan en vertelt dat ze binnenkort een boekbespreking moet doen op school. Haar moeder kijkt stralend van trots toe.
“Weet u misschien een boek voor mij?” Uiteraard weet ik tientallen boeken die geschikt zijn voor een boekbespreking, maar wat wil dit meisje zelf het liefste lezen en bespreken? “
Het Leven van een Loser vind ik leuk en Dagboek van een Muts.” Geen verrassend antwoord aangezien veel kinderen van haar leeftijd die boeken lezen. Ik vraag of iemand anders in haar klas al voor die boeken heeft gekozen en inderdaad… iedereen eigenlijk wel. Bijna alle mutsen zijn al voorbij gekomen. “Is het niet leuk om de juffrouw te verrassen met een ander boek?”, stel ik voorzichtig voor. “Dan krijg je misschien wel een tien!” Ze kijkt mij met grote vragende ogen aan en houdt haar lippen stijf op elkaar. Haar moeder stapt naar voren en vertelt dat er geen cijfers worden gegeven, alleen stickers. Hoe meer stickers hoe beter de boekbespreking. Het meisje kijkt mij aan en ik zie dat ze het maar raar vindt dat ik dat niet weet. Ik probeer het weer goed te maken. “Je kan als jij dat wilt natuurlijk een Loser of een Muts kiezen maar er zijn nog veel meer leuke boeken in deze winkel.” Nu heb ik weer haar volledige aandacht en we lopen samen naar de kasten met jeugdboeken van zeven tot negen jaar. Ik laat haar wat boeken zien en vertel een beetje waar het ongeveer over gaat. Ik merk dat ze het niet echt in haar opneemt en langzaam maar zeker naar de kast met de dagboeken van een muts schuift. Ik doe een laatste poging met een boek van Carry Slee. “Kijk, dit is een heel leuk en spannend boek over een hele gemene juffrouw van school die ze Juf Braaksel noemen.” Mijn jonge klant begint te giechelen. Dat is natuurlijk een grappige naam. Wie noemt haar dan zo? “Het gaat over een meisje dat Lotte heet en die zit in de klas van Juf Braaksel.” Lotte? Zo heet mijn moeder ook, roept het meisje meteen uit. Toch mama? En inderdaad, haar moeder knikt enthousiast. “Die wil ik hebben voor mijn boekbespreking!” Ze weet het zeker. Niets geen muts of loser. Juf Braaksel heeft de strijd gewonnen.
Een kleine drie weken later komt ze weer de winkel in. Op een zaterdagochtend. Alleen. Haar moeder staat buiten met een andere vrouw te praten en kijkt af en toe even door het raam naar binnen. Met een stralende lach komt het jonge meisje naar mij toe. Heb je een tien gekregen, is meteen mijn vraag? Nee, ze geven in de klas geen cijfers. Dat weet je toch? Oh ja, dat was ik alweer vergeten. “Ik heb vijf stickers gekregen”, zegt ze trots. “Nog nooit heeft iemand vijf stickers gekregen in onze klas.” Trots als een pauw laat ze mij een stuk papier zien met allemaal kleurige stickers en een korte tekst van de juffrouw. Dat ze heel erg genoten had van de boekbespreking en dat Daphne het goed heeft gedaan. “Ik mag van mama nog een boek kopen. Omdat ik vijf stickers heb gekregen en omdat ik lezen nu nog leuker vind.” Ze loopt naar de kast en pakt het boek over Juf Braaksel en het meesterbrein. Het tweede deel van Carry Slee in deze geweldige serie. “Deze wil ik”, zegt Daphne resoluut. Ze roept haar moeder om aan te geven dat de keuze definitief is. Bij de kassa vraag ik voor de grap of het een cadeautje is en steekt ze plagerig haar tong uit. “Ik heb nog iets leuks voor je”, zeg ik tegen Daphne. Een paar dagen eerder kreeg ik van uitgeverij Lemniscaat een gratis exemplaar van “Gozert”, het nieuwe boek van Pieter Koolwijk die ik al ken voordat hij zijn eerste jeugdboek schreef. Ik mocht ooit het manuscript van zijn debuut Vlo en Stiekel lezen en volg hem sindsdien met veel belangstelling. Ik besluit Daphne het boek te geven dat ik een paar dagen eerder zelf al heb gelezen. “Misschien moet je het nog even een jaartje in de kast laten liggen, maar als je tien of elf bent kan je hier een prachtige boekbespreking over houden. Dan krijg je vast wéér vijf stickers. Ik vond het een heel leuk boek.” Daphne kijkt mij met grote ogen aan. “Leest u ook kinderboeken?” Ze lijkt het nauwelijks te kunnen geloven. Ze is blij met haar twee boeken en samen met haar moeder loopt ze naar de deur. Daar blijven ze even staan en ik zie ze samen praten. Vervolgens komt Daphne weer terug naar de toonbank. “Als ik later groot ben wil ik hier in deze winkel werken. Samen met u. Dan gaan we heel veel boeken aan andere kinderen verkopen. Over Juf Braaksel. Of over Gozert. Dan kan ik ze helpen met hun boekbespreking.” Met haar blauwe ogen kijkt ze mij stralend aan, duidelijk tevreden met haar geweldige idee. Ze ziet het al helemaal voor zich, samen aan het werk in de boekwinkel van Almere-Haven.
’s Avonds zit ik thuis op de bank onderuitgezakt naar de televisie te kijken. Moe van weer een lange dag. Tijdens de reclame dringt het plotseling tot mij door. Ik moet nog minimaal vijftien jaar werken!
Ik kan Daphne toch niet teleurstellen….