Een man van ongeveer vijfentwintig jaar zegt dat er een pakketje voor hem ligt. Als het goed is heeft hij een bericht gekregen met een afhaalcode. Hij schudt fanatiek zijn hoofd. “Ik heb helemaal niets gehad”, zegt hij.
PAKKETJE
“Hoe weet je dan dat wij een pakketje voor je hebben?”
AFHAALCODE
Hij zucht diep, grijpt naar zijn telefoon en laat de afhaalcode zien.
LEGITIMEREN
Ik haal het pakketje en verbaas mij allang niet meer over het feit dat sommige mensen recht in je gezicht staan te liegen. Of over werkelijk alles moeilijk doen. Ik scan het pakket en zie dat hij zich moet legitimeren. Iets wat ook in het mailtje stond dat hij niet heeft, maar wel op zijn telefoon staat. Wederom begint hij tegen te sputteren. “Waar gaat het naar toe in dit land? Het gaat helemaal mis. Een afhaalberichtje laten zien en nu mijn legitimatiebewijs. Het moet niet gekker worden. Het is absurd gewoon.”
EIGENWIJS
Ik kijk hem eens goed aan. Misschien heb ik mij vergist en is hij een drieënnegentigjarige veteraan die tijdens de Tweede Wereldoorlog gevochten heeft voor onze vrijheid. Maar nee…. Het is gewoon een eigenwijs ventje dat nog amper droog is achter zijn oren. Net uit de luiers en nu al problemen met de hele wereld. “Zitten er soms waterballonnen in?”, vraag ik terwijl ik naar het pakketje wijs. Want dan is het inderdaad vreemd dat het aangetekend is verzonden.
TWEEHONDERD EURO
“Nee, er zit iets in van over de tweehonderd euro”, zegt hij met meteen.
TEGENZIN
Dan lijkt het mij ook in zijn belang dat de verzender geen risico heeft genomen en de meest veilige manier van verzenden heeft gekozen. Aangetekend en dus verzekerd. Met een nieuwe zucht laat hij zijn legitimatie zien en nadat hij met duidelijke tegenzin een keurige handtekening heeft gezet, krijgt hij het pakketje uitgereikt.
ZORGVULDIG
“Wees blij dat wij zo zorgvuldig omgaan met jouw pakketje”, zeg ik hem. “Als blijkt dat wij hem zomaar aan iemand anders hadden uitgereikt, was je daarover weer door het lint gegaan.”
ADRES
“Mijn adres staat er toch op?”, zegt hij alsof iedereen precies weet wie hij is en waar hij woont. “Het is gewoon een klote land aan het worden”, herhaalt hij zijn eerdere woorden.
VLIEGTUIG
“Nou, dan ga je toch weg”, zeg ik tegen hem. “De wereld is groot en niemand zegt dat je tegen je zin in Nederland moet blijven wonen. Pak een vliegtuig en ga naar het Midden-Oosten. Naar Rusland of Oekraïne. Misschien is Syrië wel een goede optie? Mexico is ook mooi in deze tijd van het jaar.”
OGEN
Hij kijkt mij nu met grote ogen aan.
“Als je snel bent kan je vanmiddag al weg”, voeg ik er nog aan toe.
SCHAAPACHTIG
Nu begint hij plotseling schaapachtig te lachen.
“Nee, het valt allemaal wel mee. Iedereen kan inderdaad zeggen dat hij op mijn adres woont.”
SANDALEN
Als hij wegloopt zie ik dat hij een korte broek en open sandalen draagt.
VETERS
Misschien vertrekt hij pas naar een beter land zodra zijn moeder hem leert om zijn eigen veters te strikken.